Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BB5161

Datum uitspraak2007-10-04
Datum gepubliceerd2007-10-09
RechtsgebiedStraf
Soort ProcedureRaadkamer
Instantie naamRechtbank Haarlem
Zaaknummers15/666607-07
Statusgepubliceerd


Indicatie

De enkelvoudige raadkamer van de rechtbank Haarlem verklaart het klaagschrift tegen de invordering door de politie en het vervolgens onder zich houden door de officier van justitie van het rijbewijs van klaagster, ongegrond. Jegens klaagster bestaat de verdenking dat zij als bestuurder van een voertuig onder invloed van alcohol heeft gereden. Hetgeen in het klaagschrift en bij het onderzoek in raadkamer naar voren is gebracht omtrent de omstandigheden van het geval en de persoon van klaagster is, mede gelet op het zeer hoge alcoholgehalte van klaagsters adem, onvoldoende zwaarwegend om tot teruggave van het rijbewijs te besluiten.


Uitspraak

RECHTBANK HAARLEM Sector Strafrecht Locatie Haarlem Enkelvoudige raadkamer Registratienummer: 07/1026 Parketnummer: 15/666607-07 Uitspraakdatum: 4 oktober 2007 beschikking (art. 164 WVW 1994) 1. Ontstaan en loop van de procedure Op 13 augustus 2007 is ter griffie van de rechtbank Haarlem ingekomen een klaagschrift, van [klaagster], klaagster, geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats], wonende te [adres], tegen de invordering door de politie Kennemerland en het vervolgens onder zich houden door de officier van justitie te Haarlem van het rijbewijs van klaagster voornoemd. Op 20 september 2007 is dit klaagschrift in het openbaar in raadkamer behandeld. Klaagster is in persoon verschenen. Tevens was aanwezig de officier van justitie mr. Hendriks. Van het verhandelde in raadkamer is afzonderlijk proces-verbaal opgemaakt. De inhoud daarvan wordt als hier ingelast beschouwd. 2. Beoordeling De invordering heeft plaatsgevonden met inachtneming van de wettelijke voorschriften, nu jegens klaagster de verdenking bestaat, dat zij - zakelijk weergegeven - op 22 juli 2007 in de gemeente Heemskerk, als bestuurder van een voertuig, heeft gereden na zodanig gebruik van alcoholhoudende drank, dat haar ademalcoholgehalte 840 microgram alcohol per liter uitgeademde lucht bleek te zijn. Gelet op die verdenking heeft de officier van justitie naar het oordeel van de rechtbank in redelijkheid tot inhouding van het rijbewijs kunnen beslissen. Hetgeen in het klaagschrift en bij het onderzoek in raadkamer naar voren is gebracht omtrent de omstandigheden van het geval en de persoon van klaagster is, mede gelet op het zeer hoge alcoholgehalte van klaagsters adem, onvoldoende zwaarwegend om tot teruggave van het rijbewijs te besluiten. Het klaagschrift is mitsdien ongegrond. 3. Beslissing De rechtbank: Verklaart het klaagschrift ongegrond. 4. Samenstelling raadkamer en uitspraakdatum Deze beschikking is gegeven door: mr. Aardenburg, rechter, in tegenwoordigheid van mr. Ten Bos, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 4 oktober 2007.